Publicatie

Vertrouwelijkheid van inschrijvingsstukken

Of inschrijvingsstukken bij een aanbestedingsprocedure (gedeeltelijk) vertrouwelijk moeten blijven, is een vraag die voor zowel marktpartijen als aanbestedende diensten relevant is. Voor marktpartijen bestaat het belang om, enerzijds, bedrijfsgevoelige informatie te beschermen en, anderzijds, het belang om gunningsbeslissingen van aanbestedende diensten – en daarmee de inhoud van andere inschrijvingen – te verifiëren. Het onderwerp raakt dan ook de effectieve rechtsbescherming van inschrijvers die een beslissing van een aanbestedende dienst (in rechte) ter discussie willen stellen. Voor aanbestedende diensten bestaat het belang dat men niet onrechtmatig uit de school klapt met informatie van een inschrijver die als bedrijfsvertrouwelijk is beschouwd.

In algemene zin gaat het om de balans tussen het vertrouwelijk blijven van bedrijfsgevoelige informatie en de mogelijkheid voor inschrijvers om in voldoende mate te kunnen verifiëren of een beoordeling door de aanbestedende dienst van (andere) inschrijvingen rechtmatig heeft plaatsgevonden. Juist deze balans is in het recente arrest Klaipėdos van 7 september 2021 van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: Hof van Justitie) uitgebreid aan de orde gekomen en uit dit arrest volgt een aantal noemenswaardige aandachtspunten.